Joppe en Gerda

December 2009

Om te kunnen leven moet ik wat me pijn doet, teleurstelt, verdrietig maakt, alles wat me irriteert, waar ik boos van wordt - negeren, opzij schuiven en wegduwen. Ik heb er geen ruimte en tijd voor, het staat me in de weg. Ik moet en wil me verplaatsen in de anderen en begrip hebben. Alleen dan kan ik genieten van wat wel mooi en goed is, van alle gezellige, leuke en mooie lichtpunten die zich deze maand aandienen.
Dat is niet altijd gemakkelijk. Op zijn tijd ben ik behoorlijk depri maar dan weer heel blij of gelukkig door een goed gesprek, een warme knuffel of door de gezelligheid en warmte die ik voel als ik tussen mijn vrienden ben.
Het is verwarrend. Ik ga dood en dat kan ik niet negeren want ik merk dat ik achteruit ga.
Al snel na de reis naar Rome bleek dat fietsen steeds moeizamer ging en dat ik niet meer goed mee kon doen met de gymlessen. Ik had er de lucht en de energie niet voor. Al half oktober heb ik het erover in mijn schrift:

 

“Het gaat slechter met mij. Gister ben ik met de auto naar school gegaan. Dinsdag moest ik erg veel hoesten op de fiets en op school. Gister kon ik ook niet meer gymen. Achterop de fiets van Lizzy heeft ze me naar de sportvelden gebracht. Hockey in korte broek en T-shirt bij maar 10 graden. Na de eerste oefening kreeg ik geen lucht meer. De tweede oefening heb ik aan de kant gestaan. Daarna gingen ze partijtjes spelen. Ik ben me toen gaan omkleden en moest daarna de tijd in de gaten houden, zeven minuten per wedstrijdje. Na de les helpen opruimen en toen naar het gemeentehuis gebracht waar pap me weer kwam ophalen.”

 

Dat voelt zo akelig. De anderen hebben de grootste lol, maken gekheid met elkaar en ik sta aan de kant, kijk toe en hoor er al niet meer bij, zo voelt het. Inmiddels kan ik helemaal niet meer op de fiets naar school. Mam, soms pap,  brengt en haalt me elke dag, mijn ex-lief gaat als het heel koud is en er sneeuw ligt, mee. Dat vind ik wel heel fijn maar nog leuker zou ik het vinden als ik met haar samen op zou kunnen fietsen. Dan kan ik met haar praten, nu niet meer, er zijn altijd anderen bij. Mam, haar broertje die ook vaker met ons mee rijdt. Maar zij vindt het prima zo. Ik ben  ruim een week  na Sinterklaas nog een keer met de fiets naar school gegaan, vooral om nog eens samen met mijn meisje te kunnen fietsen,  maar dat liep op een grote teleurstelling uit en eigenlijk was ik wel boos ook maar dan vermengd met liefdesverdriet want dat is er nog steeds. Ik kon het gelukkig kwijt bij één van mijn vrienden.

 

“Ik heb bloedarmoede, één long, en al heel lang niet gefietst dus geen conditie,..
en ik fietste met haar mee, en haar broertje,.. maar ik kon het niet bijhouden,.. dus vroeg ik of het wat langzamer kon,.. en toen heeft ze me de hele tijd zitten uitleggen hoe irritant het was dat ze niet door kon fietsen enzo, en dat ze me van tevoren had gezegd dat ik het niet aankon, en ze had me wel gewaarschuwd, en het was vrijdag middag,  ze wilde naar huis,.. en het kwam er wat lullig uit enzo,.. maar goed,.. dus ik zeg zo van: jah, dan fiets maar door,.. nee nee, dat was lullig,..
Ik weet niet wat ik vervelender vind,.. dat ze zo doet, of dat ik nog zo verliefd ben, en daardoor afhankelijk.”

 

Die vriendin zei me dat ik het verkeerd aanpakte, dat ik mijn ex meer met rust moest laten en me richten op mijn andere vrienden. Daar had ze wel gelijk in maar eerlijk is eerlijk, dat wat mijn ex-lief tegen me zei toen op de fiets, dat vond ik onder de gordel. “Wat dat betreft, zou ik soms het liefste verhuizen,.. ver weg,.. maar jah,.. dan ben ik de rest van m’n vrienden kwijt enzo,.. jezus, liefdesverdriet is gewoon zo (*&@$#) onhandig!”

 

Het was nog maar kort voor dit voorval tijdens het fietsen dat  ik op school Zwarte Piet mocht spelen samen met drie vriendinnen waaronder mijn lief. Een belevenis was het van het omkleden tot het schminken, foto’s maken en langs de klassen gaan en aanwezig zijn in de kantine. Zo super om gewoon mee te mogen en kunnen doen, erbij te horen.
Ik moest echt wel even moeite doen om mijn teleurstelling, verdriet en boosheid over de irritaties van mijn ex tijdens het fietsen - dat alles - weg te duwen maar het lukte me  door te denken aan  deze mooie Sinterklaaservaring. Ook thuis had ik met pap en mam samen een gezellig sinterklaasavond. Ik moet genieten want ik moet leven zolang het nog kan. Op school beginnen ondertussen de voorbereidingen voor de Kerstviering en vanuit de Medezeggenschapsraad waarvan ik lid ben, wordt ik betrokken bij de organisatie, sterker nog als het erop lijkt dat de hele viering in het water zal gaan vallen neem ik het op me om het toch te laten gebeuren. Ik wil perse dat het gaat lukken. Het geeft me het gevoel van betekenis te zijn, er toe te doen.
Ondertussen merk ik dat het steeds minder wordt, dat ik meer moeite heb met ademhalen, dat ik veel moet hoesten, soms denk ik zelfs dat mijn tijd al gekomen is.

 

Op 17 december heeft pap nog eens naar m’n longen geluisterd. Dat had ik hem gevraagd. Ik kan mijn kamer niet meer op en neer zonder te hijgen alsof ik een sprintje heb getrokken. Dat was abnormaal. Zelfs in rust had ik een veel te hoge hartslag. M’n arm trilt soms van boven tot onder. Rechts hoorde pap niets meer. Die long doet dus niets meer. Waarschijnlijk zit er ook pleuravocht tussen mijn longen. Twee woensdagen daarvoor was ik bij dokter Visser, m’n internist. Het ging juist goed toen. Ik kon zelfs zuchten zonder te hoesten. Nu kan ik niet te lang praten zonder te hoesten. Ik heb pap al gezegd dat ik niet opgenomen wil worden. Geen drain. Geen ziekenhuis. Niet meer. Ik wil thuis zijn. Anders lig ik toch om de week aan de drain. Die tumor krimpt niet. Vandaag, op de 18de staan de tranen nogal eens in de ogen.

Mam en pap weten me over te halen om nog eens naar de longarts te gaan, horen wat die ervan vindt. En zo komt die drain er toch maar ik hoef er niet mee in het ziekenhuis te liggen. In een plastic draagtas zit de zak waarin het pleuravocht wordt opgevangen, ik kan en mag ermee gaan en staan waar ik wil. En daarom vind ik het goed. Alleen als de drain er weer uitgehaald wordt moet ik even één nachtje in het ziekenhuis blijven om te bewaken dat het goed met mij blijft gaan. En dus kan ik verder met het voorbereiden van de kerstlunch op school. De catering moet geregeld maar ook de muzikale omlijsting waaraan leerlingen en leraren mee doen. En met drain en al kan ik op maandag 21 december in de kantine de tafels dekken. Het wordt een heel mooie kerstviering. Een mooi kerstritueel is ook dit jaar door kunnen gaan hoewel het daar een korte tijd niet op leek.  Ik voel me trots en gelukkig. En dan is het kerstvakantie. Twee dagen ziekenhuis om die drain er weer uit te halen.

 

Zomaar, in eens is het de dag voor kerstmis, twee dagen voor mijn verjaardag.
Er ligt inmiddels een dik pak sneeuw, ik houd ervan. Het is net zo als in 1944 toen de Amerikanen – de 101e luchtlandingsdevisie de Screaming Eagles - tijdens het door de Duitsers ingezette Ardenner Offensief hun heldenstrijd voerden. Om Bastogne te verdedigen hadden ze zich in schuttersputjes ingegraven rond de stad.  Kerstmis -  soldaten in schuttersputjes in die ijskoude sneeuw, wachten en wachten en wachten totdat eindelijk Patton met zijn mannen kwam, de Duitse omsingeling doorbrak en Bastogne ontzette. Dappere jongens, ongeveer net zo oud als ik. Veel zijn er gewond geraakt of zelfs gesneuveld. Helden waren het, echte helden.
Het belooft een rustige thuisdag te worden totdat mam het in eens op haar heupen krijgt en zich begint te roeren. Ze hangt een beetje een raar verhaal op wat erop neer komt dat ze naar Panningen moet voor het werk. Ze moet naar de hockeyclub wat flessen drank afgeven voor de het betuur van de vereniging omdat die club zoveel jaar bestaat. Zoiets was het. En ze wil graag dat Paul en ik mee gaan. Paul zegt direct Ja en samen willen ze persé dat ik ook mee zal gaan. Ik voel nattigheid, wat voeren ze in hun schild? Iets met mijn verjaardag? Ik heb mijn oog laten vallen op een Märklin locomotief die ik heel graag wil hebben. Heeft pap die gevonden en gaan we die misschien ophalen? In elk geval is mijn nieuwsgierigheid gewekt en dus ga ik mee. Maar we gaan gewoon naar Panningen en pap rijdt rechtstreeks naar het terrein van de hockeyclub. Mam vraagt of we mee naar binnen gaan want “het kan best wel even duren en anders zitten jullie maar zo in de kou in de auto te wachten”. Pap is gelijk akkoord, niets voor hem. Vreemd, vreemd en nog eens vreemd dit allemaal. Maar oké, ik ga ook wel mee. Het clubgebouwtje ligt er verlaten bij in dat witte sneeuwlandschap. Het lijkt erop dat er helemaal niemand is, dat mam straks voor een gesloten deur staat. En wat gaan we dan doen, waar gaan we dan naar toe? Want dit is volgens mij veel meer een afleidingsmanoeuvre, bedoeld om me op een dwaalspoor te zetten, het heeft vast en zeker iets te maken met mijn verjaardag.
Maar de deur is open, mam stapt naar binnen, pap en ik achter haar aan. We lopen recht tegen de bar aan maar die ligt er verlaten bij. Het is stil en er is niemand te bekennen. Een beetje aarzelend kijken we om ons heen. Wat nu? En dan barst het los. Van achter de bar en de daar achter liggende ruimte komen met veel kabaal allerlei mensen te voorschijn. Het is net of ik naar een film kijk. Het zijn mijn vrienden! SURPRISE! Ik ben niet vaak met stomheid geslagen maar ik kon echt niets meer zeggen.
Ze komen om me heen staan, praten tegen me, omarmen me, feliciteren me alvast met mijn 18de verjaardag. Ze tronen me mee verder de ruimte in. Alles is in Schotse sferen gebracht. Ik zie nu pas dat ook al mijn vrienden wel iets van een Schotse ruit in hun outfit hebben. Een van de meisjes draagt een schots geruit rokje, de andere heeft een panty aan in een Schotse ruit en weer anderen dragen een Schots geruite sjaal. Mij wordt een rode geruite pet op mijn hoofd gedrukt, eentje met een knalrode pompoen er boven op. Het is een gezellig gekwetter en gelach om mij heen, drankjes en hapjes worden aangedragen. Er komt nog meer bezoek. Mijn buurmeisjes en hun vrienden, mijn counselor. Een feest helemaal voor mij en in Schotse sferen omdat ze weten dat ik helmaal gek ben van Schotland en Schotse muziek.
En dan opeens, willen ze een groepsfoto maken, helemaal in de andere hoek van het gebouwtje. Een hoop gedoe, veel gerommel, veel getrek aan elkaar, veel gelach. Ik moet natuurlijk een plekje in het midden krijgen. Ik ga kopje onder in al die drukte. Laat het maar over me komen. Maar dan wordt uit de andere hoek waaruit ik net ben meegesleurd naar de fotohoek, geroepen. “Joppe kom, kom kijken, gauw …” En iedereen stopt met gekken, foto’s maken is niet meer belangrijk. Iedereen kijkt richting de openslaande deuren van de achterom van het gebouwtje. Er is geluid, muziek – doedelzakmuziek. Ik ben net op tijd om te zien, hoe ze komen aan marcheren, een korps doedelzakspelers met verdorie – mijn mentor voorop. Allemaal in vol ornaat. Wat is dit?
Een serenade door een corps doedelzakspelers, speciaal voor mij. Ik ben helemaal maar dan ook  helemaal de controle kwijt, kan niet anders dan alles maar gewoon over me heen laten komen. Aan het eind van het concertje komt de doos met flessen whisky te voorschijn die ik samen met mam aan de spelers geef, dus daar waren al die drankfessen voor die mam zo nodig naar de hockeyclub moest brengen en dus … zaten pap en mam ook in het complot. Iedereen om mij heen wist ervan, samen hebben ze van alles geregeld en ik heb er niets van gemerkt.
De middag vliegt voorbij. Omdat er sneeuw ligt en niet zo’n beetje ook, gaan we buiten sneeuwballen gooien en zelfs sleeën. Ik mag op de slee zitten maar wil ook een keer het sleetje trekken met mijn ex-lief erop. En ik kan het, ik hou het vol. Het gaat goed met mij. Ben ik even blij dat ik toch die drain heb gehad, nu heb ik tenminste weer lucht om dit alles te kunnen doen. En het mooiste komt aan het eind van de middag.  Mijn vriendin, ik kan niet anders dan zo aan haar denken, geeft me een lesje dansen, echt stijldansen. Ik hou haar vast, zij mij. Ik dans. Ik dans met mijn lief. Onze vrienden om ons heen, kijken toe. Dit is geluk.

 

De volgende dag, eerste kerstdag heb ik tijd om alles op me in te laten werken. Pap, mam en ik zijn gewoon met z’n drietjes thuis, onder de kerstboom. Hij is mooi. Morgen ben ik jarig, wordt ik 18. Dan komt de familie en gaan we met z’n allen uit eten. Nu even niets en dat vind ik best wel fijn. Steeds komen er beelden voorbij van wat er gisteren is gebeurd. Ik hoor weer het gepraat en gelach, ik voel weer de armen van mijn lief om mij heen tijdens de dans. Dat ze met z’n allen dit voor mij georganiseerd hebben. Het was een warm bad.
Dan  heeft pap toch nog wat voor mij in petto. Hij wil mij meenemen in de auto naar een paar kleine landweggetjes en daar zal ik dan mogen rijden. Whooo, opnieuw een verrassing want eigenlijk had ik dit van pap helemaal niet verwacht. Die vindt dat je alleen maar les moet hebben van een echte instructeur, van je ouders leer je misschien de foute dingen aan die je dan vervolgens weer moet afleren. En nu, in eens, stelt hij het zelf voor. Het wordt een erg gezellig ritje en ik voel me groeien als ik achter het stuur mag kruipen, m’n voeten op de pedalen en pap die alles op zijn rustige manier uitlegt. Het gaat eigenlijk best goed.

 

Mijn verjaardag. Pap en mam zijn al vroeg uit de veren, ze willen dat ook ik me al aankleedt, niet in mijn pyjama mijn cadeautjes uitpak. Waarom dat nu in eens? Vroeger kreeg ik mijn cadeautjes zelfs wel eens terwijl ik nog in bed lag en nu in eens moet ik er netjes aangekleed bij zitten? Mam voert als argument aan dat je maar nooit weet … misschien staan straks in eens de buurmeisjes in de keuken om me te feliciteren en ik moet toegeven daar kan mam gelijk in hebben en dus kleedt ik me aan. Een trui en blouse waar ik me lekker in voel en dan ga ik er voor zitten en mag ik het ene na het andere cadeautje uitpakken en ja die prachtige Märklin lock is erbij. Dat heeft pap mooi geregeld want ik weet dat die lock helemaal niet makkelijk te krijgen is. Lief van hem dat hij al die moeite heeft gedaan. Mam kijkt uit het raam, steeds als ze op straat een auto hoort. Ze is bepaald onrustig. Ondertussen bewonder ik die locomotief van alle kanten, ik wil Paul laten zien dat ik het een echt heel mooi cadeau vind en dat ik er heel blij mee ben.
Maar dan vraagt mam mijn aandacht. “Kijk eens uit het raam Joppe, daar staat nog een verjaardagscadeau”. Ik ben direct nieuwsgierig, wat hebben ze bedacht? Er staat een knalgele auto voor de deur, op het dak een bordje met een grote L erop. Een lesauto dus. Autorijles, voor mij. Op tweede kerstdag, en dat terwijl ik toch dood ga? Het gaat allemaal door me heen maar tijd om er bij stil te staan heb ik niet, want ik moet naar beneden, ik ga mijn eerste rijles krijgen. De tijd vliegt voorbij, voor ik het weet sta ik weer thuis voor de deur. Ik heb moeten schakelen, sturen en over vier dagen mag ik weer.
De rest van mijn verjaardag is zoals al een aantal eerdere verjaardagen, mijn oma komt samen met de oudste zus van mam met haar man, opa komt, en mams broer met vrouw en zoon zijn er. Meer cadeaus, koffie en een verjaardagstaart, achttien brandende kaarsjes die ik moet uitblazen. Het lukt me, hoewel niet allemaal in een keer. Maar toch … zoveel lucht heb ik nog wel dat ik dat kan en nog zonder uit te barsten in een hoestbui ook. En dan gaan we met z’n allen uit eten, ook dat is al traditie aan het worden. Het is best wel gezellig, al die familie om mij heen. Thuis praten we nog na, mijn oom en moeder, mijn tante, neefje en ik. Oma is samen met zus van mam en haar man naar huis. Pap zit erbij maar dommelt al in slaap. Uiteindelijk, het is al ver in de nacht gaan we allemaal slapen.

Ik ben achttien jaar. Het is me gelukt.

 

De volgende dag ben ik leeg. Alle energie is op, ik heb koude rillingen, mijn spieren krampen op z’n tijd, een beker chocolademelk opdrinken is een enorme inspanning en het hoesten begint ook weer.  Ik doe niet veel meer dan voor de televisie hangen. Het naseizoen is begonnen.

 

 

Nieuwe reacties

02.10 | 09:25

Lord Bubuza verenigde mijn man en ik na 8 jaar scheiden .. Het begon allemaal toen mijn man vreemd ging en elke keer dat ik klaagde dat hij niet zou luisteren in plaats daarvan zal hij wakker worden zonder een woord te zeggen, kwam hij op een dag thuis va

03.08 | 21:49

Ha Maarten, dank voor je reactie. Jij houd je bezig met de geschiedenis v.d. Fröbergen? Ben benieuwd naar de documenten waar je het over hebt. Van de marine?

03.08 | 18:00

Erg mooi verhaal, ik heb documenten die je verhaal bevestigen. Ondertussen boek besteld.

19.05 | 17:28

Een nieuwe toevoeging aan mijn website: Schrijfsels. Oefeningen in schrijven, gedachtespinsels, gedichtjes, mijmeringen, zo maar wat gepraat.