Joppe en Gerda

Zoals je hebt kunt lezen verwijst Joppe je naar mij als je meer wilt weten  over Samuel Fröberg.  Ik snap zijn interesse voor deze voorvader wel.  Samuel spreekt zeker tot de verbeelding.

Wel als je interesse hebt en wat tijd?

Wat vooraf ging

In 1767 wordt Samuel Fröberg geboren. Vierde zoon van Folke Persson Fröberg en Maja Månsdotter. Het gezin woont in het dorpje Klefva in de gemeente Resmo op het eiland Öland voor de kust van Zweden bij Kalmar.  Alle Fröbergs op Öland (allemaal familie van elkaar), in die tijd, zijn of kuipers of zeelieden, en de dochters trouwen alleen maar kuipers, matrozen of scheepsbouwers.
Folke is zeeman, een gevaarlijk beroep in die dagen. Op 29 februari 1768 verdrinkt hij. Samuel is nog geen jaar oud.  Tot hij zestien jaar is blijft hij bij zijn moeder wonen. Dan gaat hij in de leer bij een scheepsbouwer in Kalmar. En dan … dan is er in een stamboom die iemand in Zweden heeft samengesteld een notitie dat Samuel verdwenen is. Wanneer, hoe oud hij was, het is tot nu toe het geheim van de historie.

Op 17 juli 1778 wordt in Hellevoetsluis Anna geboren, dochter van Govert de Vree en Neeltje Peereboom. Eerste kind.  Ze krijgt nog drie broertjes en een zusje maar die overlijden allemaal op zeer jonge leeftijd.  In februari 1794 overlijdt haar moeder.  Anna is dan vijftien jaar.  Haar vader gaat terug naar Hardinxveld waar hij oorspronkelijk vandaan komt. Daar hertrouwt hij in november 1797 met Jannetje Hakkenbout, ze blijkt zijn vierde echtgenote te zijn.
Anna blijft in Hellevoetsluis. Zonder ouders, broertjes, zusjes. Wel heeft ze nog wat ooms, tantes en neven en nichten om zich heen.

Hellevoetsluis 20 februari 1797 - 1814

Het is doorsnee Nederlands winterweer op de trouwdag van Samuel en Anna. Grijs en waterkoud. Twee eenlingen, tien jaar leeftijdsverschil,  die elkaar hebben gevonden. Samuel en Anna hebben geen geld voor hun huwelijk. Ze trouwen pro deo. Er was geen lange verkerings- of verlovingstijd geweest. Is het een huwelijk uit liefde, is er een wens, een verlangen om nu samen zelf een warm gezin te beginnen?  Zijn  er economische motieven in het spel, een huwelijkse staat die voor beiden winst opleverde? In de termen van vandaag een win-win situatie?
Eerder al was Samuel in Rotterdam opgedoken. Daar trouwde hij in juli 1795 met Adriana Snijders, maar na drie maanden stierf ze en was Samuel opnieuw alleen. Dat hij een krappe anderhalf jaar later opnieuw in het huwelijksbootje stapt zou erop kunnen wijzen dat hij een zeker belang had bij de huwelijkse staat. Zocht hij een honk, een veilige thuishaven?
Het zijn geen goede tijden, zeker ook  niet in Hellevoetsluis. In de Nederlanden hebben de patriotten het voor het zeggen gekregen. Het is de tijd van de Bataafse Republiek. We zijn een bondgenoot van de Franse Republiek en moeten daar duur voor betalen. Zo moeten de in ons land gelegerde Franse soldaten onderhouden worden.  Hellevoetsluis herbergde een garnizoen van 700 man, later zelfs 1200. De bevolking moest dagelijks zorgen voor brood, vlees, brandewijn en jenever voor de mannen en hooi en haver voor de paarden. Hellevoetsluis zelf telde in die dagen nauwelijks meer dan 1100 inwoners .

In  februari 1797 is Samuel schipper op een Nederlands marineschip. De Embuscade, die aangemeerd ligt in Hellevoetsluis. Zo’n schip met drie masten en grote zeilen, met krakend hout en kanonnen erop. De Nederlandse marine is nu dienstbaar aan de Franse overheersers.
En dat betekende strijd met Engeland. Op 11 oktober 1797 vond de Slag bij Kamperduin plaats. Een zeeslag tussen 24 Engelse en25 Nederlandse marineschepen die resulteerde in een enorme nederlaag voor de Nederlandse marine. Zie het voor je: golvende zee, zeilschepen met hoge masten en bollende zeilen, groot en klein,  uit het schip stekende kanonnen, het lawaai van de schoten, de rook.  Mannen die op het dek heen en weer rennen, schreeuwende bevelen, in de zeilen klimmen, gewond raken, in zee vallen, verdrinken.
Want de verliezen waren groot: 520 doden, 600 to 900 gewonden (de schattingen lopen uiteen) en 11 veroverde schepen. De Embuscade was erbij. Het werd veroverd en ging aan de grond. Later werd het schip heroverd. Dikke kans dat Samuel erbij was maar hij komt veilig thuis. Was hij onder de gewonden, wat heeft hij gezien? We weten het niet. Door het oog van de naald gekropen?
Voor Samuel en Anna breken rustiger tijden aan wat niet wil zeggen dat het tijden van voorspoed en welvaart waren. In juni 1799 loopt zijn diensttijd, liever gezegd zijn contract,  bij de marine af. Rond 1800 wordt er in Hellevoetsluis  gewerkt aan de bouw van een droogdok. Dit was in 1804 klaar maar werd nog weinig gebruikt omdat het ontbrak aan materialen voor de scheepsreparaties. Maar toch … Samuel en Anna stichten een gezinnetje. In juli 1798 wordt dochter Neeltje geboren, vernoemd naar de moeder van Anna. In november 1803 ziet Pieter het levenslicht, vernoemd naar een neef van Anna. Willem Samuel komt in september 1806 ter wereld. Hij is vernoemd naar een andere neef van Anna en natuurlijk naar zijn vader. Opvallend dus dat Anna en Samuel het niet nodig vonden de kinderen te vernoemen naar haar vader of de vader of moeder van Samuel. Mijn familie stamt af van Pieter.
In 1811 komt er weer wat leven in Hellevoetsluis als admiraal De Winter een eskader van zes Hollandse en zes Franse schepen in gereedheid laat brengen. Maar daarna gaat het kwijnen gewoon weer door. Er heerst grote armoede.
En dan, in 1813 is het afgelopen. Als Napoleon verslagen wordt, herwint Nederland zijn onafhankelijkheid. We gaan weer aan de bak.  In de Franse tijd waren onze koloniën in Indië in Engelse handen gekomen, nu krijgen we ze weer terug. Een eskader marineschepen gaat op weg om het Nederlands gezag te herstellen. Samuel was erbij.
Wilde hij dat wel? Of ging hij noodgedwongen – er moest toch brood op de plank komen? Vrouw en drie opgroeiende kinderen achterlaten, dat doe je niet zo maar. Zo’n reis op een zeilschip, zo ver, zo lang, regen en storm, ziektes en mogelijk gevechten. Risico’s waren er te over. Maar in november 1814 krijgt hij in Rotterdam een aanstelling voor vier jaar. Hij wordt schipper op het korvet Iris. Gage f. 92,-- per maand.

Samuel 1814-oktober 1817
In de overlijdingsregisters van Hellevoetsluis staat op 11 december 1818 genoteerd dat is overleden Samuel Freuberg aan boord van ZM schip van oorlog Evertsen op 24 oktober 1817. In september 1825 laat Anna bij de notaris vastleggen dat Samuel Fröberg en Samuel Freuberg een en dezelfde persoon is.

Samuel is dus aangemonsterd op de Iris en overleden op de Evertsen.  Soms moet je in je speurtocht in het verleden, geluk hebben. Maurits Ver Huell heeft zijn herinneringen aan een reis naar Oost-Indië opgeschreven. Mooi, maar nog mooier dat Chris F. van Faassen en Pieter Jan  Klapwijk ervoor hebben gezorgd dat deze herinneringen in 2008 in boekvorm zijn uitgegeven.

Maurits maakte zijn reis in de jaren 1815-1819 en jawel aan boord van de Evertsen.  Hij heeft een plechtstatige stijl van schrijven.  Zijn aandacht gaat uit naar de natuur en de natuurlijke historie, naar de samenleving en  maatschappelijke verhoudingen in verre oorden. Hij is een romanticus geen wetenschapper. Het leven aan boord van het schip en m.n. het leven van het gewone scheepsvolk was vanzelfsprekend, niet de moeite waard om in zijn herinneringen aandacht aan te besteden.
En toch ben ik door zijn schrijfsels meer te weten gekomen over Samuel.  Want de Evertsen was vlaggenschip van het eskader waarvan ook het korvet Iris deel uitmaakte. Op de Rede van Texel werden op 29 oktober 1815 de ankers gelicht om koers te zetten naar Indië.  Het afscheid van Anna en de kinderen had dus al lang daarvoor plaats gevonden. In januari komt de Iris aan bij de Kaap. Na een maand gaat de reis verder naar Batavia. Alles verloopt heel voorspoedig. Tot half 1817. De Evertsen en ook de Iris zijn dan bij Ambon. Hier, op het eiland Saparua komt de plaatselijke bevolking in opstand. De Pattimura-oorlog. In mei 1817 nemen opstandelingen het fort Duurstede in. Een eerste expeditie om het Nederlands gezag te herstellen liep rampzalig af. Zeker 150 Nederlandse militairen sneuvelden.
Samuel heeft zo het één en ander gezien. Ergens tijdens deze woelige tijden is hij van de Iris naar de Eversten verhuisd. Niet ongebruikelijk. Pas in november 1817 lukt het om het Nederlands gezag te herstellen maar dan is Samuel al dood.
De Evertsen beweegt zich tussen de Molukse eilanden, overal zijn opstanden en gevechten. Een echte doorbraak is er niet. Op de 23 oktober zet de Evertsen weer koers naar Saparua, slechts 15 mijl verder. Toch komt het, door de mousson, pas 25 oktober daar aan. Onderweg is Samuel overleden. Maar ja, daarover schrijft Van Huell niet.

Ondertussen in Hellevoetsluis
En dan probeer ik me voor te stellen hoe het ondertussen Anna en haar kinderen verging. Neeltje was in 1814 16 jaar, Pieter was 11 jaar en Willem 8 jaar. Misschien dat Neeltje al wat kon meewerken maar de jongens toch nog nauwelijks. Neeltje staat in later jaren geregistreerd als naaister, Pieter en Willem staan allebei te boek als scheepstimmerman.

Ik probeer me Anna voor te stellen met haar drie kinderen Misschien had ze wat steun aan haar dochter. De jongens gingen naar school en daarna de één na de ander in de leer als scheepstimmerman. De haven van Hellevoetsluis zal zeker zijn opgeleefd nu er weer scheepsvaart en handel mogelijk was. Het gebouwde droogdok kon eindelijk echt in gebruik genomen worden en dat betekende werk. Toch historici zijn het erover eens, een echte economische opleving in de Nederlanden bleef uit. Nog steeds was armoede niet ver weg, ook voor Anna waarschijnlijk. Een leven van hard werken en vele zorgen en zo goed en zo kwaad als het gaat de kinderen tot fatsoenlijke burgers opvoeden en groot brengen. Vaklieden die hun eigen brood kunnen verdienen. Dat is Anna gelukt. In 1831 hertrouwt ze met Hermanus van der Made, loods van beroep. Haar kinderen zijn dan inmiddels jong volwassenen. Mijn voorvader Pieter trouwt drie jaar later met Beatrix Elisabeth van der Made, jawel een dochter van Hermanus. Willem trouwt in november 1829 met Anna Verschuur, haar vader was meester metselaar bij de marine. In 1843 koopt Pieter een huis met erf (20 ellen groot) in de Haarlemmerstraat. Koopsom f. 1300,--, direct betaald.  De familie behoort tot de lage middenklasse. Van vader op zoon blijven de Fröbergen  tot rond de volgende eeuwwisseling scheepstimmerlieden. Daarna, met de industrialisatie en de opkomst van Rotterdam begint een ander verhaal. Het verhaal van mijn overgrootvader die van Hellevoetsluis vertrekt met vrouw en kinderen, op zoek naar werk. Via Rotterdam, Ostende, ’s Gravenzande belandt hij uiteindelijk weer in Rotterdam waar het gezin zich settelt, een bestaan opbouwt. Een nieuw verhaal dat al heel dicht bij mijzelf komt.

Gerda 03.08.2019 21:49

Ha Maarten, dank voor je reactie. Jij houd je bezig met de geschiedenis v.d. Fröbergen? Ben benieuwd naar de documenten waar je het over hebt. Van de marine?

Maarten Fröberg 03.08.2019 18:00

Erg mooi verhaal, ik heb documenten die je verhaal bevestigen. Ondertussen boek besteld.

Nieuwe reacties

02.10 | 09:25

Lord Bubuza verenigde mijn man en ik na 8 jaar scheiden .. Het begon allemaal toen mijn man vreemd ging en elke keer dat ik klaagde dat hij niet zou luisteren in plaats daarvan zal hij wakker worden zonder een woord te zeggen, kwam hij op een dag thuis va

03.08 | 21:49

Ha Maarten, dank voor je reactie. Jij houd je bezig met de geschiedenis v.d. Fröbergen? Ben benieuwd naar de documenten waar je het over hebt. Van de marine?

03.08 | 18:00

Erg mooi verhaal, ik heb documenten die je verhaal bevestigen. Ondertussen boek besteld.

19.05 | 17:28

Een nieuwe toevoeging aan mijn website: Schrijfsels. Oefeningen in schrijven, gedachtespinsels, gedichtjes, mijmeringen, zo maar wat gepraat.